Volgens de statistieken van Statbel beschouwden maar liefst 47.421 werknemers zichzelf als handelsvertegenwoordiger in 2022 tegenover 29.949 in 2020.
Geweldig!
Al jarenlang wordt voorgehouden dat de functie van handelsvertegenwoordiger overbodig zou worden omwille van de nieuwe technologische mogelijkheden zoals webshops. Niks is dus minder waar. Rasechte verkopers laten zich niet zomaar opzij zetten. Inderdaad is het persoonlijk contact en de persoonlijke service dikwijls nog doorslaggevend, niet alleen om een verkoop te realiseren, maar ook om de klant te binden aan het bedrijf.
Noteer dat in Statbel de verkoper zelf aan het woord is.
Van werkgeverskant zal bij de aanwerving en tijdens de tewerkstelling wel degelijk sprake zijn van een taak die inhoudt nieuwe klanten te zoeken en bestaande klanten te bezoeken met het oog op het onderhandelen van bestellingen. Als puntje bij paaltje komt, wordt dit echter niet met zoveel woorden vermeld in het arbeidscontract of wordt er ineens bij vermeld dat de functie-inhoud flexibel is en geen essentieel bestanddeel vormt.
Aldus kan de werkgever ingeval van contracteinde nog alle kanten uit. Omdat aan de functie van handelsvertegenwoordiger een extra prijskaartje hangt bij contracteinde op zijn initiatief, gaat de werkgever voorhouden dat betrokkene helemaal gaan handelsvertegenwoordiger meer was met als gevolg dat de betrokken werknemer moet trachten te bewijzen dat hij dat wel was, dikwijls zonder nog over het nodige bewijsmateriaal te beschikken.
Ook de rechters gaan soms mee in dit verhaal. Sommigen gaan inderdaad uit van een heel strikte interpretatie van wie als handelsvertegenwoordiger kan gekwalificeerd worden, voortgaand op een wettekst die dateert van 1978 (en zelfs initieel van 1963). Nochtans weet iedereen dat onze maatschappij, de manier van zaken doen, de producten die verkocht worden enz. intussen fel gewijzigd zijn.
Hoewel er nog verkopers zijn, met alle respect trouwens, die perfect passen in het traditionele plaatje, kan moeilijk voorgehouden worden dat bepaalde werknemers die wel degelijk instaan voor de klantencontacten en het zakencijfer op een alternatieve manier, rekening gehouden met de specifieke markt waarin ze werkzaam zijn, geen handelsvertegenwoordigers zouden zijn omdat ze nu eenmaal niet voor minstens de helft van hun arbeidstijd “op de baan” zouden zijn, bv. omdat ze hun klanten virtueel “bezoeken”.
Door de huidige technologie doen vele verkopers vele taken die vroeger door een aparte binnendienst gebeurden zoals offertes maken. De tijd die ze hieraan besteden, ligt overduidelijk in het verlengde van hun verkoopactiviteit, maar dat gebeurt inderdaad meestal ook niet “op de baan”.
Discussiemogelijkheden bij de vleet dus. Vandaar het belang u tijdig te informeren over uw rechten en ze af te dwingen indien nodig. Daarvoor staat de juridische dienst van B.F.H. tot uw dienst!